PFERD Lamellenslijpgereedschappen SET F 2010/6 A

Voor de bewerking van verschillende werkstukgeometrieën en materialen biedt PFERD een breed assortiment van gereedschappen uit flexibele slijpmiddelen aan. Zij bestaan uit een dragermateriaal, een basisbinding en een dekbinding voor het vastzetten van de slijpkorrels. Afhankelijk van de korrelgrofte kan met gereedschappen uit slijpmiddelen een hoge materiaalafname of een zeer fijne oppervlaktefinish worden gerealiseerd. De ter keuze staande dragermaterialen onderscheiden zich in hun eigenschappen zoals scheurvastheid, flexibiliteit en slijtage. Met de keuze van de geschikte onderlaag wordt het slijpgereedschap aan de eisen van de voorgenomen toepassing aangepast: Papier wordt aangetroffen in de houtverwerkende industrie en bij ambachtsbedrijven, bijvoorbeeld bij schrijnwerkers, schilders en spuiters, textiel wordt voornamelijk bij de metaalbewerking gebruikt, en het zeer slijtvaste vulkaanfiber wordt in verschillende dikten overwegend bij de productie van fiberschijven gebruikt. De set bevat drie lamellenslijpstiften in de uitvoering korund A met stiftdiameter 6 mm en de korrelgroftes 60, 80 en 120. Bij lamellenslijpstiften zijn de lamellen uit flexibele slijpmiddelen lamelvormig radiaal om de as van het gereedschap aangebracht. Door hun flexibiliteit passen zij zich ideaal aan de contouren van het werkstuk aan. De slijpkorrel is in een kunsthars binding op de trekvaste flexibele linnen drager ingebonden.

Technische specificaties:

• PFERD type: SET F 2010/6 A
• Breedte metrisch: 10 mm
• ø buiten metrisch: 20 mm

Voordelen:

• Optimale aanpassing aan de contouren door hoge flexibiliteit.
• Gelijk blijvende hoge materiaalafname over de totale standtijd, omdat steeds nieuw, agressief slijpmiddel vrij komt.
• Zeer nauwkeurig lateraal gebruik op kanten en in hoeken is mogelijk door de vlakke gietkernconstructie.
• Het omvangrijke programma leren kennen en testen.
• Op elkaar afgestemde selectie van de meest gangbare varianten.

Toepassingsaanbevelingen:

• Het verminderen van de werkdruk en de omtreksnelheid alsmede de toevoeging van slijpolie reduceren de slijtage van het gereedschap en de temperatuurbelasting van het werkstuk.
• Een stijging van het verspaningsrendement moet door een grovere korrelgrofte en niet door de verhoging van de werkdruk bereikt worden, om onnodige slijtage van het gereedschap en een temperatuurbelasting van het werkstuk te verhinderen.
• De verhoging van de snijsnelheid geeft een iets fijner oppervlak. Door de verhoging van de werkdruk wordt het oppervlak iets grover. Des te zachter het te bewerken materiaal, des te grover het oppervlak (bij gebruik van dezelfde korrelgroftes).
• Voor de beste prestatie bij een aanbevolen snijsnelheid van 15–20 m/s gebruiken. Hierbij wordt een ideaal compromis bereikt tussen verspaningsrendement, oppervlaktekwaliteit, temperatuurbelasting van het werkstuk en de slijtage van het gereedschap.
• Voor het materiaal geschikte slijpolie gebruiken, om de standtijd en het slijpvermogen van de gereedschappen aanzienlijk te verhogen.

Bewerkbare materialen:

• Edelstaal (INOX)
• Staalsoorten met een hardheid > 54 HRC
• Stalen tot 1.200 N/mm² (< 38 HRC)
• Aluminium
• Uitgegloeid gietijzer
• Messing
• Gietstaal
• Koper
• Grijs/lamellair-/nodulair gietijzer (GG/GJL, GGG/GJS)
• Geharde, veredelde stalen boven 1.200 N/mm² (< 38 HRC)

Bewerkingsopgaven:

• Ontbramen
• Stapsgewijs fijnslijpen
• Egaliseren
• Structureren (matteren, aanzetvrij matteren en satineren)
• Bewerking van vlakken
• lasnaadbewerking

Machinetypes:

• Buigzame-asmachine
• Rechte slijpmachines

Veiligheidsvoorschriften:

• Het aangegeven maximaal toegestane toerental mag om veiligheidsredenen nooit overschreden worden.
• De werkdruk moet aanmerkelijk gereduceerd worden, wanneer het aangegeven optimale toerental overschreden wordt.
• De veiligheid is alleen gewaarborgd wanneer de inspanlengte minstens 15 mm bedraagt en het aangegeven maximale toerental bij vrije stiftlengtes niet wordt overschreden.

PFERDERGONOMICS:

• PFERDERGONOMICS adviseert lamellenslijpstiften, om de bij het gebruik ontstane trillings- en lawaaiontwikkeling duurzaam te laten dalen en het werkcomfort te verbeteren.